Onderzoek in 16 landen - Internationale verloningstrends voor financiële werknemers in 2016
- 37% van de Nederlandse CFO’s en financieel directeuren verwacht dat de salarissen zullen stijgen, een stijging van 2% ten opzichte van 2015.
- 89% zal dit jaar bonussen toekennen, maar slechts 19% verwacht een hogere bonus ten opzichte van vorig jaar.
- Nederland scoort lager dan het Europese gemiddelde qua loonsverhogingen (37% t.o.v. 42% Europees gemiddelde) en stijging van bonussen (19% t.o.v. 24% Europees gemiddelde).
De Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) heeft berekend dat de gemiddelde jaarsalarissen in Nederland tussen 2007 en 2014 zijn gestegen met 4,8%. Deze trend lijkt zich voort te zetten, zo blijkt uit onafhankelijk onderzoek uitgevoerd onder 200 Nederlandse CFO’s en financieel directeuren in opdracht van Robert Half. Zij verwachten voor 2016 een gemiddelde loonsverhoging van 5,4% voor bestaande finance- & accountingmedewerkers. Niet alleen wordt verwacht dat de lonen in Nederland verder zullen stijgen in 2016; ook bonussen groeien langzaam mee. Deze verwachtingen zijn in lijn met de recente resultaten van de Robert Half Salarisgids 2016. Toch bevindt Nederland zich in de achterhoede vergeleken bij andere Europese landen.
Nederland scoort niet hoog
Terwijl de Nederlandse economie in 2016 gestaag door blijft groeien en de CFO’s en financieel directeuren optimistisch zijn over de groei van de economie (92%) en het bedrijf (93%) scoort Nederland niet hoog op de ranglijst wat betreft geplande loonsverhogingen voor financiële medewerkers. Nederland laat buurland België (33%) en Frankrijk (32%) achter zich; zij verwachten de minst positieve salaristrends dit jaar. Dit staat in contrast met de salaristrends in andere Europese landen. In het Verenigd Koninkrijk plannen bijna dubbel zoveel (63%) financieel leidinggevenden loonsverhogingen en ook in Duitsland voorziet meer dan de helft (53%) een stijging van de lonen. Met deze positie in de Europese ranglijst, bevindt Nederland zich onder het Europese gemiddelde (42%).